BFTP bezocht het PREHISTOMUSEUM in Flémalle en VAL-SAINT-LAMBERT
16137
post-template-default,single,single-post,postid-16137,single-format-standard,bridge-core-3.1.2,qode-page-transition-enabled,ajax_fade,page_not_loaded,,qode-child-theme-ver-1.0.0,qode-theme-ver-30.1,qode-theme-bridge,qode_header_in_grid,wpb-js-composer js-comp-ver-7.1,vc_responsive
 

BFTP bezocht het PREHISTOMUSEUM in Flémalle en VAL-SAINT-LAMBERT

BFTP bezocht het PREHISTOMUSEUM in Flémalle en VAL-SAINT-LAMBERT

Het verleden herbeleven

Dankzij de speurneus van Jempi Welkenhuyzen was het Préhistomueum in Flémalle op 24 maart de bestemming voor BFTP om in de prehistorie te duiken.

24032018024In 1908 ontdekken de Chercheurs de la Wallonie een neolithisch ossuarium, ook keramische scherven, dierenbotten, stenen voorwerpen, menselijke resten van zowat 2800 v.C. Er leefden toen ook wolven, beren, leeuwen, hyena’s, mammoeten. Ze ontdekten twee lagen: een eerste uit het paleolithicum ( 30.000 v.C.) en een tweede met de neanderthaler ( 70.000 v.C.)

Vandaag wordt het verleden onderzocht om het heden te begrijpen. Na drie jaar bouwwerken is er nu op de site van 30 ha het PREHISTOMUSEUM in 2016 heropend. De bedoeling is velerlei: de kennis van de prehistorie, hoe men ertoe komt en hoe men ermee omgaat en voor de ontspanning. Daarom is het concept ‘museum’ ingebouwd in het geheel van het omgevende wilde woud, het BOS VAN RAMIOUL. Men luistert naar de natuur, men ruikt de natuur, observeert de dieren, jawel zoals onze voorouders. Er is een traject om blootsvoets avontuurlijk te stappen. Alle zintuigen moeten de verhouding mens – natuur onderscheiden en de relativiteit van theorie en wetenschap begrijpen.

24032018019In het neolithisch huis ziet men de houten palen die het huis stutten en een houvast zijn voor de gemengde klei met stro in de zelfde bruine kleur als de bodem; een vakwerk dus. Men kan besluiten dat de bewoners sedentair leefden met gedomesticeerde dieren. Het dak is gedeeltelijk bedekt met stro, huiden, boomschors, hout en gras, alles uit de natuur. Dit laatste zou het duurzaamst moeten zijn.

Voor de interactieve bedoelingen zijn er workshops om de eenheid met de natuur en de materialen van ter plaatse in de praktijk om te zetten, om de technieken van de voorouders en de evolutie te leren. Er zijn houten voorwerp, zoals een tak in een vorm van elleboog, waarin een scherpe steen bevestigd is om bij voorbeeld schors te hakken of als bijl te dienen. Met gensters van vuurstenen kan met vuur maken. Met een ronde silex-steen kan men brokken en scherven van leisteen afkappen. Zo kan men op de spits van een speer een scherp voorwerp met dierendarmen als plakband kleven voor de jacht. Een sikkel verkrijgt men door in een hoorn of een sterk dierenbot scherven te plaatsen. Dit en meer kan men aanschouwelijk en actief beleven.

24032018061Wat verderop is er de GROT VAN RAMIOUL met verschillende verdiepingen uit de neolithicum-periode. Ze vormt de oorsprong van het Préhistomuseum en men beleeft de menselijke activiteiten in de wilde natuur, die haar rechten opeist.

De grot is niet sensationeel groot, maar men kan schielijk vaststellen hoe het water door de mergelbodem zijn weg heeft gezocht, spleten vormt en zo de kamers met de opstaande stalagmieten, de neerhangende stalactieten en de gedrapeerde ‘gordijnen’ vormden. Merkwaardig is dat men in de spleten het spoor kan volgen van de wortels van de bomen buiten. Deze grot is toegankelijk voor het publiek. De andere alleen voor de archeologen. Sinds 1938 zijn ze beschermd.

24032018073Om in de dezelfde sfeer te blijven worden in het ARCHEORESTAURANT maaltijden opgediend volgens oude recepten, zoals daar zijn: brokjes konijn en kip, een mergpijp in spek, varkenswangen, gebakken prei met gelei en amandelen, daarbij bewerkte graansoorten.
Aten onze voorouders ook al met een getorst bestek? Het taartje met aardbeienmoes was eigentijds maar ook lekker.

INFO: Préhistomuseum –  http://www.prehisto.museum/?lang=nl

 

BFTP bezoekt Val Saint Lambert.

Een keure van prachtig kristal Val Saint Lambert!

Een keure van prachtig kristal Val Saint Lambert!

Na de algemene vergadering streek onze groep neer in ‘Seraing, Cité de demain’.
Daar werden we ontvangen door afgevaardigde bestuurder Pierre Grivegnee in één van de nieuwe vergaderzalen uitgerust met de nieuwste multimedia. Hij stelde de plannen en het uitrollen ervan voor met een powerpoint.

Zeg niet meer zomaar: ‘We gaan Val Saint Lambert bezoeken,’ want je komt terecht in ‘Cristal Park’, een site van 120ha voor familiebezoek dat een nieuwe toekomst biedt aan het 19de -eeuwse kasteel, de abdij uit de 14de eeuw en een fijne museale site met de rijke voorstelling van de schitterende glorie van het Belgische kristal. De site wordt met ruim 8 miljoen euro betoelaagd.

De uitbouw van de plannen is aangevat. In het huidige bos komen 80 woningen, 220 appartementen, een fitnesscentrum, een aquapark, een kinderdorp en een eco-park. Er wordt een hotel met 120 kamers voorzien en een parkeertoren met 5 verdiepingen. Verder een kantoorsite van 1600 m² in 3 verdiepingen. Een luxueus shopping centrum wordt ruim uitgebouwd.
De historische glasblazerij (1 100 m²) wordt gerenoveerd en uitgebreid met een nieuwe kristalfabriek (2 310m²). Voor het hele project wordt een energiecel met zonnepanelen voorzien die zelfs de nieuwe oven van de fabriek moet laten werken.
De toeristen worden ook op zondag ontvangen.

au revoir et... merci!Het historisch kasteel zal een congrescentrum herbergen met 6 vergaderzalen, een gastronomisch restaurant, een lounge met bar. Daarnaast een fraaie zwerftocht door de geschiedenis van het kristal waarbij alle zintuigen worden geprikkeld en een museum met een ruime collectie van de glaskunst van Val-Saint-Lambert. Een glasblazer geeft een demonstratie in zijn atelier. Gidsen in 4 talen kunnen 100 000 bezoekers per jaar verwerken.
Alles bij mekaar een nieuwe horizon voor de 185-jarige industriële site.

Madame Jeannine Wauters leidde ons rond in het museum.

Madame Jeannine Wauters leidde ons rond in het museum.

Onder de vleugels van een Nederlandstalige gids mochten we de glas- en kristalfabriek leren kennen die zich ontplooide op de terreinen en in de gebouwen van de oude Cisterciënzerabdij. De monniken kwamen toe in 1187 en in 1203 was het nieuwe klooster gebouwd. De monniken bleven tot de Franse Revolutie het religieus leven onmogelijk maakte. In 1798 werd de abdij verlaten en trokken de monniken naar Val Dieu.

In 1826 werd de glas- en kristalfabriek van Val Saint Lambert opgestart door scheikundige François Kemlin en ingenieur Auguste Lelièvre. De stichters konden gebruik maken van een unieke site. De grondstoffen waren voorradig, via de Maas was vervoer mogelijk, brandstof kwam van de steenkoolmijnen uit de omgeving en er waren geschoolde arbeiders van de glasfabriek in Luik.
Er groeide een groot domein met 5000 werknemers, 180 arbeiderswoningen, een school, een winkel en zelfs een ziekenhuis.

Naar het heilige der heiligen : de 'glas'blazerij !The Atelier du Val The work and talent of the Master glassmaker lived live. In front of you the creation of a unique piece.

Naar het heilige der heiligen : de ‘glas’blazerij !The Atelier du Val.

De beide wereldoorlogen waren een domper op het succes van Val-Saint-Lambert. In de jaren ’60 kwam er een relance onder meer door de aankoop van diamantslijpmachines. Stoflong was altijd een probleem voor de arbeiders. De financiële waardering ging vooral uit naar de ontwerpers van de modellen en niet naar de blazers of de slijpers. In de jaren ’70 begon een periode met sociale onrust en er volgde een reeks faillissementen. Afdankingen en herstructureringen maakten dat heel veel métier van glasblazers verloren ging. Ook het marktaandeel verschrompelde. In 2015 zorgde een probleem met de oven voor een zoveelste faillissement. Blazen werd onmogelijk. Alleen ‘koude productie’ bleef mogelijk door een 20tal slijpers, graveerders en polijsters. Er wordt gewerkt op eerder geblazen, onafgewerkte stukken. Gelukkig werden de metalen mallen voor het blazen van de kelk van glazen behouden.

Nu wil Val-Saint-Lambert zijn oude glorie weer opbouwen. Nieuwe blazers moeten opgeleid worden maar dat neemt 5 tot 10 jaar in beslag om de fijne technieken onder de knie te krijgen. Samenwerking is mogelijk met de fabrieken van Baccarat en Saint-Louis die gesticht werden door een collega van Lelièvre.

Val Saint Lambert maakt de glasmassa aan 1400°, het blazen gebeurt aan 1200° en het bewerken aan 1000°.
De glasmassa bestaat uit 21% wit zand, 9% potasium, 4% soda, 24% loodoxide en de rest is productgeheim.
Val Saint Lambert was de eerste kristalfabriek die met kleur ging werken door toevoegen van mineralen. Rood door toevoegen van goud en zilver -nu in chemische vorm- , blauw met cobaltoxyde, groen met koper en geel door toevoegen van uranium. Uit die glazen mag je niet drinken. Tegenwoordig wordt ook die kleur chemisch bereikt. Maar oude gele glazen zijn uniek en waardevol.
Val SaintLambert kan je herkennen aan de helderheid, de klank, het gewicht en de speciale manier van slijpen. De oudere stukken zijn niet getekend, dat gebeurde maar vanaf de jaren ‘80. De gravering PU betekent: pièce unique.
De fabriek heeft ook de heersende mode gevolgd, na wit kristal kwam de kleur, de stukken in Art-deco en de modernere strakke vormen.

The Atelier du Val ...The work and talent of the Master glassmaker lived live. In front of you the creation of a unique piece.

The Atelier du Val

Voor de ontdekker van ons nationaal kristal werd een demonstratie glasblazen gegeven. In het kleine atelier werd een kip geboren. Een kunstig uitgebouwd belevingsparcours biedt een opmerkelijke synthese van het schitterend fenomeen Val-Saint-Lambert.

INFO: Val Saint Lambert  http://val-saint-lambert.com/

TEKST: Marcel Wittemans (Préhistomuseum) en Paul Poels (Val Saint Lambert)