Ecotoerisme op droomeiland Mauritius
56382
post-template-default,single,single-post,postid-56382,single-format-standard,bridge-core-3.1.2,qode-page-transition-enabled,ajax_fade,page_not_loaded,,qode-child-theme-ver-1.0.0,qode-theme-ver-30.1,qode-theme-bridge,qode_header_in_grid,wpb-js-composer js-comp-ver-7.1,vc_responsive
 

Ecotoerisme op droomeiland Mauritius

Ecotoerisme op droomeiland Mauritius

INLEIDING

Voor velen is het (sub)tropisch eiland Mauritius (Afrika)(1.864 km²) in de Indische Oceaan (ten oosten van Madagascar en Réunion, iets ten noorden van de Steenbokskeerkring) een droombestemming, en wordt in één adem vernoemd met de Seychellen en de Malediven. Samen met het kleinere Rodrigues (109 km², ook deel van de republiek Mauritius = totaal 2.040 km²) en tal van kleine eilanden behoort dit tot de van oorsprong zijnde vulkanische eilandengroep of archipel Maskarenen.

Uiteraard is de ecologische voetafdruk veel te hoog met een 12 uur durende rechtstreekse vlucht vanuit Brussel (met Air Belgium), maar ter plaatse hebben wij gekozen voor duurzaam of eco-toerisme, o.m. door meer beroep te doen op lokale dienstverlening.

Naast de prachtige paradijselijke natuur is Mauritius vooral opvallend voor de multiculturele en –etnische samenleving waarbij godsdienstvrijheid een troef is. De slogan is trouwens “1 island = all people”. Het – sedert 1968 – onafhankelijke eiland is het meest democratische land van Afrika met een stabiel regime. Naar levensstandaard is de republiek de meest welvarende van Afrika na de Seychellen. Het GDP per capita bedraagt 8.812 UDS$ (2021). De meeste inwoners zijn eigenaar van hun woning en kennen geen echte armoede.

Wij verkenden omzeggens volledig het eiland (max. afstanden van 58 km van noord naar zuid en 47 km van oost naar west) met lokale privé chauffeurs. Een gehuurde auto is wat moeilijker want er wordt links gereden en het verkeer is nogal chaotisch. Mauritius is ingedeeld in 10 administratieve disctricten (waarvan 1 voor het eilandje Rodrigues).

Voor het verblijf kozen wij het nieuwe (à) hotel Salt of Palmar met een voor ons nooit eerder gezien uniek concept dat de lokale en duurzame economie stimuleert. Het personeel – is zoals de bevolking in het algemeen – bijzonder vriendelijk en gastvrij.

Minstens een week heb je nodig om het eiland te bezoeken, blijft men iets langer dan kan men ten volle van de paradijselijke sfeer genieten. Wij verbleven er dus in de winter (onze tijd + 2 u, in de zomer is het +4 u), en dit valt super mee: warm genoeg, afkoeling ’s nachts, minder vochtig en veel minder regen, maar uiteraard iets minder lang zonneschijn. De prijs voor een georganiseerde reis is tevens gunstiger in de winter. Uiteraard is Mauritius een dure bestemming (vooral voor de vluchten en de hotels), maar men kan het goedkoper maken door meer beroep te doen op de locals voor drinken, eten, vervoer enz.  De Creoolse keuken is zeer gevarieerd, maar het is wel wennen aan het (soms te pikante) voedsel.

Het viel ons wel op hoe weinig verblijfstoeristen op excursie gingen om het prachtige eiland te verkennen. Velen leggen ’s morgens al hun badhanddoek over de ligzetels langs het zwembad … om na het ontbijt de ganse dag te zonnen en te luieren en in het beste geval om even te watersporten. Wat een gemiste kans… en hoe duur en onduurzaam is dit soort van exotische vakantie? Men heeft dan ook geen enkel idee van de werkelijkheid van het leven op Mauritius.

Geld wisselen (100 Rs  = Mauretian Rupee = is ongeveer 2,25 euro) kun je best op de luchthaven of in enkele lokale wisselkantoren (NB in de hotels is het duurder).  Gegeerde souvenirs zijn textiel (vooral merkkleding en kasjmier), alles en nog wat in verband met de (à) dodo (tot zelfs stripverhalen, kinderboeken, postzegels en ambachtelijke producten toe), en voor verzamelaars de scheepsmodellen (tot 200 u werk voor een model van 40 cm). De lokale markten zijn een bezoek waard en daar is het goedkoop. Afdingen op de prijs blijft wel overal de boodschap! 

BEKNOPTE GESCHIEDENIS

Nederlandse herinneringen in en nabij het Museum in Vieux Grand Port

In 1505 ontdekte de Portugees Pedro de Mascarenhas het eiland La Réunion (vanaf 1664 Frans grondgebied, nu nog steeds een Frans overzees departement). In 1598 werd het onbewoonde Mauritius in bezit genomen door de Nederlandse vice-admiraal Wybrandt van Warwyck en het werd genoemd naar de Nederlandse stadhouder prins Maurits van Oranje. In 1638 werd het eiland bezit van de Oost-Indische Compagnie, en was er een bevoorradingshaven op weg naar Batavia (Java). In 1672 vestigden zich er Nederlandse kolonisten in Vieux Grand Port nabij Mahébourg. Nu zijn er nog enkele ruïnes en het museum Frederik Hendrik te bezoeken, maar de kolonisatie floreerde niet en zij trokken dan maar in 1710 naar Kaap de Goede Hoop (Zuid-Afrika). De Nederlanders waren verantwoordelijk voor het uitroeien van de (à) dodo (in 1662), voor het invoeren van slaven uit Afrika, en voor de aanleg van tabaks- en suikerrietplantages.

Vervolgens werd Mauritius in 1715 Frans gebied met nederzettingen vanaf 1721. Zij continueerden de slavenarbeid. Vanaf 1810 (gedurende de Napoleontische oorlogen) in oorlog met de Engelsen: de Fransen konden alleen in Vieux Grand Port de Britten verslaan, daarna landden de Britten op het noordelijke punt Cap Malheureux en veroverden Mauritius. Samen met Rodrigues kwam het als kolonie onder de Britse vlag (Verdrag van Parijs in 1814).

Het Government House in de hoofdstad Port Louis (met vooraan het standbeeld van Queen Victoria)

De Britten lieten de Franco-Mauritianen wel toe om Frans te spreken, hun godsdienst te bekeren, de Napoleon code en de suikerrietplantages (de Franstaligen beheren nu nog steeds de suikerindustrie) te behouden. De slaven werden bevrijd in 1835 en vervangen door de immigratie van grote arbeidsgroepen Indiërs.

Op 12 maart 1968 werd Mauritius onafhankelijk binnen het Gemenebest (met Queen Elisabeth II als staatshoofd). In mei 1972 werd Mauritius als eerste Gemenebestland geassocieerd lid van de toenmalige EEG. Op 12 maart 1992 werd Mauritius een parlementaire republiek (verkiezingen om de 5 jaar) met een president.

Opvallend is de drietaligheid van omzeggens alle bewoners: Engels is de officiële taal, maar Frans wordt het meest gesproken en thuis spreekt men Creools (deze lingua franca is sterk gebaseerd op het Frans: bijv. bonjour = bonzour / oui = wi / merci = mersi). Opschriften zijn dan ook dikwijls tweetalig Engels/Frans. Nog even vermelden dat Mauritius in het algemeen een vrij veilige bestemming is … alhoewel zakkenrollers overal in de wereld actief zijn.

GEOGRAFIE

Mauritius telt 1,266 miljoen inwoners (2021), maar kent nu een nulgroei  vooral omwille van de veroudering van de bevolking (de gemiddelde levensverwachting is 74 jaar). 68% van de inwoners heeft een Indische oorsprong. Minder dan 2% is Franco-Mauretiaan en vormt de hoogste klasse. Het is één van de dichtstbevolkte landen (ca. 700 inw/km²) van de wereld, maar dat valt alleen maar op in de (à) hoofdstad en de (à) plateausteden. De jongeren blijven steeds meer single en het gemiddeld aantal kinderen daalt sterk. Na hun buitenlandse studies, keren zij meestal niet terug naar het eiland en verkiezen dan in landen te blijven zoals het Verenigd Koninkrijk, Frankrijk, Canada en Australië. De werkloosheid bedraagt 7,4% (in 2021). Werklozen ontvangen geen uitkering. Het sociale systeem is wel goed geregeld voor (gratis staats)onderwijs en gezondheid (hoewel men soms lang moet wachten voor een ziekenhuisopname, vandaar de talrijke privé-ziekenhuizen). Er is schoolplicht tot 17 jaar. Sinds 1974 is er een universiteit in Le Réduit, tevens de residentieplaats van de president. Op pensioen gaan kan op 65 jaar.

Tot 22 jaar geleden heeft suikerriet de hoofdrol gespeeld in de economie en de export, maar dit was ook zeer kwetsbaar. Nu is de suikerindustrie gecentraliseerd tot 4 suikerfabrieken. De jaarlijkse productie bedraagt 400.000 ton, waarvan 80% bestemd voor de export. Op het eiland zijn tal van overblijfselen van oude suikerfabrieken (die met ronde torens waren van de Fransen, de vierkante van de Engelsen). Suikerriet moet om de 5/6 jaren vervangen worden, dan plant men eerst aardappelen om de vruchtbaarheid van de grond te verhogen. Recentelijk worden moderne irrigatiesystemen gebruikt bij de bevloeiing van de suikerrietplantages.

Het waren de Nederlanders (nl. Commandeur Van der Stel) die de suikerrietplantages aanlegden, o.m. omdat er suiker nodig was voor de rumproductie. De Fransen hebben de suikerproductie overgenomen en dit induceerde grote rijkdom. Maar de suikerrietplantages kwamen in de plaats van de oorspronkelijke oerwoudvegetatie waarvan nu slechts 2% overblijft: daarom werd ook het à Nationaal Park Gorges de la Rivière Noire opgericht. Alles over suikerriet komt men te weten in (à) het boeiende Sugar Adventure.

Bij de landbouw vermelden wij ook tabaks- en koffieteelt (trouwens het is excellente koffie!), er zijn ook theeplantages (de oudste sedert 1892 in Bois-Chéri). De tuinbouw wordt alsmaar belangrijker. Er is weinig veeteelt (en nauwelijks runderen). Allerlei exotische fruitsoorten (zoals ananas, kokos, mango, papaja, passievruchten…) zijn overvloedig aanwezig. De vanille is zeer gegeerd (maar ook duur), alsook de frangipanne. Uiteraard is geen wijnbouw (en de ingevoerde wijnen in de hotels zijn zeer duur!). Het bekendste lokaal bier is van brouwerij Phoenix.

Intussen is het toerisme de belangrijkste bron van inkomsten van het eiland, alsook de (sinds 1989 door de overheid gestimuleerde) financiële sector en de ICT (met oprichting van een cyber-city in Phoenix) is in volle groei. Desalniettemin heeft het land hoge overheidsschulden (maar ons land doet het nog veel slechter).

Textielarbeiders in Curepipe

De textielindustrie is vooral aanwezig in de zogenaamde dichtbevolkte plateausteden (zoals Phoenix, Floréal, Curepipe, Floréal, Vacoas-Phoenix, Quatre Bornes) die in totaal meer dan 400.000 inwoners tellen en waar het zo’n 5°C koeler is dan aan de kust. Wij bezochten een kleine textielfabriek (met uiteraard een grote shop waar merknamen zoals Polo Ralph Lauren, Abercrombie, Boss en Fred Perry verkocht worden … ons inziens niet echt goedkoop en je moet soms oppassen voor de kwaliteit), waar ook kasjmier een topproduct is (ingevoerd door vluchtelingen uit de regio Kasjmier in de jaren ’70).

Bij de visserij worden talrijke vissoorten gevangen, waaronder tonijn (ook de overheerlijke witte tonijn) die ook wordt ingeblikt in conservenfabrieken.

Mauritius heeft een subtropisch klimaat en telt slechts 2 seizoenen: een korte winter (mei tot september, met minder regen, en gem.max.dagtemperaturen van 24°C) en een lange zomer (29°C, vochtiger, met als topperiode Kerstmis en Nieuwjaar). Eigenlijk is er het gehele jaar door een aangenaam klimaat voor het toerisme. Men ervaart er wel de negatieve gevolgen van de klimaatopwarming: zo was de voorbije winter 2022 uitzonderlijk koud. Aan de oostkust is men volop bezig met het verhogen van de dijken (omwille van de stijging van de zeewaterspiegel, waarbij de Malediven nog meer gevaar oploopt). Januari en februari zijn de twee gevaarlijkste maanden voor de cyclonen … maar gelukkig zijn deze recentelijk minder schadelijk (o.m. omwille van betere bouwconstucties). Voor tsunami’s is er geen groot gevaar door de bescherming van de koraalriffen (gevormd door poliepdiertjes), die omzeggens het hele eiland omringen en die goed zichtbaar zijn vanaf de kust. Er is omzeggens elke dag regen, meestal in korte maar intense buien.

Vandaar dat het een altijd groen eiland is. De oorspronkelijke oerwoudvegetatie is wel grotendeels verdwenen door de suikerrietplantages, daarom probeert men de overblijvende natuurlijke ruimte extra te beschermen. Er zijn twee Nationale Parken: het kleine NP Bras d’Eau (met wandelwegen in het oorspronkelijk bebost gebied) in het noordoosten; het belangrijkste is (à) Gorges de la Rivière Noire. Vermelden wij ook het unieke mariene (onderzeese) park (à) Blue Marin Bay. Langs de kust hebben wij ook verschillende mangroves gezien, zoals op het (à)Île aux Cerfs.

Mauritius is van vulkanische oorsprong: hiervan is Trou aux Cerfs (op 605 m hoogte) getuige. Het is de grootste krater (350 m diameter en 80 m diep) van de uitgedoofde vulkaan. Hier werd indertijd het meeste lava uitgespoten. Eigenlijk ligt 90% van de enorme gezonken vulkaan in de oceaan onder de zeespiegel en de 10% die uitsteekt is het huidige Mauritius. Er zijn geen actieve vulkanen meer op Mauritius (wel op La Réunion). De koraalriffen liggen aldus op basalt en vormen een veilige barrière voor tsunami’s. Hikers houden van de afdaling in de krater waar nu een klein meertje is. Boven op het plateau ligt het belangrijkste weerstation voor de waarnemingen en waarschuwingen van cyclonen. Op Mauritius is slechts een minimaal gevaar voor aardbevingen. Het vrij bergachtige eiland heeft als hoogste bergtop de Piton (= piek) de la Rivière Noire met 828m hoogte.

Het wegennet is bijzonder goed, zeker voor de hoofdwegen en de autosnelwegen. Dan dachten wij eerder dat ons land eerder een ontwikkelingsland is! Tussen de plateausteden en de hoofdstad Port Louis wordt de Mauritius Metro Express (26 km lang) voltooid, deze is al gedeeltelijk in gebruik en zou de files moeten verminderen. Maar de auto is wel heilig voor de bewoners … het is een statussymbool en men ziet vooral Japanse auto’s. Voor het minste verplaatst men zich met de auto!

GODSDIENST

Bezoekers en pelgrims bij het heilige meer Grand Bassin

Er is godsdienstvrijheid en dit valt op door de aanwezigheid van een trilogie in elke gemeente: een katholieke kerk, een Hindoe- of Tamil-tempel en een moskee. De Hindoes (Tamils en niet-Tamils) vormen met 52% de meerderheid, gevolgd door 27% katholieken (vooral rooms-katholiek) , 17% moslims, 3% boeddhisten en 1% anderen.

Jaarlijks wordt einde februari/begin maart het 3-daags Maha Shivaratri (belangrijkste Hindoes) festival georganiseerd nabij het heilige meer Grand Bassin (een overgebleven vulkaankrater), ter ere van god Shiva. Het is het belangrijkste pelgrimsoord op Mauritius voor de Hindoes en is net zo heilig als de Ganges in India.

Tijdens de kleurrijke feestdag Ganesh Chaturthi

Wij waren tijdens ons verblijf getuige van de (officiële) feestdag Ganesh Chaturthi (Ganesha is o.m. de god van de reizigers en is te herkennen aan de olifantenkop) met kleurrijke offers langs het strand en in de oceaan.

HOTEL SALT OF PALMAR

Al bij het binnenkomen in dit bijzondere boutique hotel (met 59 kamers) valt het persoonlijke onthaal op: er is geen receptie, en het inchecken gebeurt in alle rust in het salon met een lokaal vruchtendrankje. Van begin tot einde word je in hier in de watten gelegd in dit prachtige hotel gelegen aan het paradijselijke witte zand/koraalstrand van Palmar. Het hotel werd in 2019 (dus juist na de opening) opgenomen in de “World’s 100 greatest places” van het Amerikaanse tijdschrift Times! Eerlijk gezegd wisten wij dit niet op voorhand …

De sympathieke Franse sales manager Virginie Desplancke vertelde ons dat de belangrijkste toeristische herkomstmarkten zijn: Britten, Duitsers, Fransen, Arabieren, Zuid-Afrikanen en Italianen, en in opkomst de noordelijke markten van de Benelux en Scandinavië.  Het hotel ging open in 2018, maar moest daarna al vlug sluiten omwille van de pandemie. Sinds de heropening in oktober 2021 draait het hotel op volle toeren, en dit tijdens de winter (ja hoor, want wij zijn op het zuidelijk halfrond). Het maakt deel uit van de lokale hotelgroep LUX, dat zelfs een eigen leuke reisgids (geschreven door locals) heeft uitgegeven.

Het schitterende Hotel Salt of Palmar

Het hotel heeft ook een eigen kookboek met nadruk op de Creoolse keuken (pikant en veel curry). De hotelshop biedt een selectie aan van uitsluitend lokaal geproduceerde items: handdoeken, kleding, juwelen, keramiek, koffie, thee, suiker, en vooral de opvallende strandtassen (soort korfjes gemaakt van gerecycleerd plastic). In de prachtige bar langs het zwembad bereidt men 30 lokale en unieke cocktails …veelal gebaseerd op lokale vruchten en kruiden.

OP TOERISTISCHE VERKENNING

Het binnenland en de zuidwest-kust

Wij reden langs de Mare aux Vacos, het grootste waterreservoir voor het eiland. Water kan men best in flessen kopen en niet van de kraan drinken!

Een makak met zijn buit in het NP Gorges de la Rivière Noire en rechts de beroemdste watervallen Chamarel

Blikvanger is het Nationaal Park Black River Gorges / Gorges de la Rivière Noire (6.754 ha groot, °1994), ook bekend voor trekking. Er zijn verschillende watervallen, zoals de moeilijk zichtbare Alexandra Falls, dat samen met NP deeluitmaakt van het allereerste Unesco Biosfeer op de Maskarenen .

De watervallen van Chamarel (slechts van ver zichtbaar, met een val van 100 m de hoogste van het eiland) vormen een topattractie. Men betaalt 500 roepies per persoon om met de auto het zeer mooie toeristische circuit te volgen. Nadien komen wij bij het unieke natuurwonder en Geopark “Terre des sept couleurs” (www.chamarel7colouredearth.com). Als een opgespoten chocolademousse ligt het golvend rotslandschap in 7 kleuren te schitteren (best bezoeken met zon): de vulkanische bodem heeft verschillende tinten aangenomen als gevolg van oxidatieprocessen van het gestolde lava en vulkanische as … een uniek schouwspel!

Het unieke Geopark ‘Terre der sept couleurs”

Er is ook een parkje met reuzeschildpadden, afkomstig van Aldabra (behorend tot de Seychellen). Deze kunnen tot 1 m lang worden en leven gemiddeld 150 jaar. Het zijn de neefjes van de (op het einde van de 18de eeuw) uitgeroeide soort op Mauritius. Er zijn tal van eenvoudige lokale restaurants in het piepkleine dorpje Chamarel. Interessant is de bekende Rhumerie Chamarel (geleid bezoek, 450 roepies pp), met een mooie shop en een bekend restaurant). Officieel zijn er 6 rumstokerijen op het eiland.

Wij zagen bij het schitterende uitzichtspunt op het Nationaal Park tal van apen (nl. de makaken, zoals op Gibraltar) die maar al te graag gevoederd worden door de toeristen. Maar gevaarlijke dieren zijn er niet op Mauritius. De vleermuis is het enige inheemse zoogdier. Zeeschildpadden en dolfijnen vindt men vooral aan de zuidwest-kust.

Le Morne Brabant is Unesco Werelderfgoed

Langs de mooie kustweg reden wij vervolgens richting het schiereilandje (meest ZW punt) met de iconische monoliet Le Morne Brabant (556 m) dat sinds 2008 Unesco Werelderfgoed is en omringd wordt door prachtige stranden. Ter info: een ander Unesco Werelderfgoed is sinds 2006 Aapravasi Ghat, de kade en het gebouw in de haven van Port Louis waar indertijd de Indiase contractarbeiders toekwamen. Het is zowat het Ellis Island van Mauritius.

Aan de westkust liggen achtereenvolgens de badplaatsen Grande Rivière Noire, Tamarin (bekend voor de zoutpannen en hot spot voor surfers) en Flic en Flac: deze zijn sterk in opkomst met tal van nieuwe domeinen en resorts voor toeristen (vooral Zuid-Afrikanen). Maar de golfterreinen, de marina’s en de luxe-winkels vormen hier wel een sterk contrast met de lokale (veel armere) bevolking.

De hoofdstad en de noord/noordoost-kust

Panoramisch zicht op de hoofdstad Port Louis vanaf de Citadel

De hoofdstad Port Louis (ca. 150.000 inwoners) werd door de Fransen gesticht in 1735 en is nu een uitgestrekte agglomeratie (telt met meer dan 600.000 inwoners de helft van de totale bevolking van het eiland). Het is sinds 1992 een vrijhandelshaven op de zeeroutes in de Indische Oceaan. Het mooiste panoramisch zicht heeft men vanaf de Citadel (Fort Adelaide), opgericht door de Engelsen in 1834-1840. Men ziet ook de hippodroom Champ de Mars: na Engeland heeft Mauritius ’s werelds oudste paardenrennen!

Skelet van de beroemde uitgestorven dodo

In het oude centrum zijn enkele getuigen van het koloniale verleden, zoals het Governement House (1738). Er is een opvallend groot aantal banken gevestigd. Dé toeristische trekpleister is de overdekte Marché Central met een prachtige mix van kleuren en geuren. Vergeet niet het Natuurhistorisch museum te bezoeken (www.mauritiusmuseums.mu): met de historiek, het skelet (gevonden door een Fransman in 1906) en replica van de uitgestorven dodo (rare) vogel (die niet kon vliegen en alleen hier voorkwam). Deze loop- of walgvogel is het nationaal embleem van Mauritius. Het is tevens het oudste (en wat oudbollige) museum van Mauritius, gevestigd in het Mauritius Institute gebouw (°1884).

Het recente havenfront Caudan is een attractie met shopping, casino en het tophotel Labourdonnais Waterfront Hotel (van de groep Ninety-Six), geopend in 1997. Het Blue Penny museum toont de zeldzaamste en duurste postzegel van de wereld.

Het recente Waterfront Caudan

Pamplemousses

In de omgeving bezoeken wij uiteraard de beroemde plantentuin Pamplemousses (37,5 ha groot): dit was echter zeer ontgoochelend door het slechte onderhoud (fout van de overheid!), ondanks de indrukwekkende palmen-collectie met niet minder dan 80 soorten, waaronder de inheemse “talipot” palmboom (tot 25 m hoog, kan tot 80 jaar oude worden en heeft een bloei van 5 meter, ’s werelds grootste) en uiteraard de witte- en reuze-waterlelies (met o.m. enorme Victoria Amazonica in de Bassin aux Nénuphars ). De Groene Michelin-redactie moet dringend terug op inspectie … want de 3* zijn ons inziens nog amper 1* waard. Jaarlijks ontvangt deze topattractie zo’n 250.000 toeristen (hoogste aantal na Chamarel). Een 20-tal gidsen geven een betaalde rondleiding, maar wij verkozen een vrij bezoek. Deze beroemde plantentuin is de oudste van het zuidelijk halfrond, en werd in 1767 opgericht door de Fransman Pierre Poivre. Zij bevat planten en bomen uit de hele wereld, waaronder de Afrikaanse baobab. Zij wordt nu officieel de Sir Seewoosagur Ramgoolam Botanic Garden genoemd (www.ssrbg.govmu.org), ter nagedachtenis van de “vader” van de natie. Hij was de eerste minister van de onafhankelijke staat op 12 maart 1968 en tot 20 januari 1984 staatshoofd. Hij stierf op 15 december 1985 en in de tuin is zijn grafmonument. In deze plantentuin kan men ook herten en reuzeschildpadden (afkomstig van Aldabra) bekijken.

Sugar Adventure

Daarentegen zijn de 3* Michelin van de Sugar Adventure wel terecht verdiend: hier komt men alles te weten over suiker en suikerriet. Van het suikerriet (vooral aanwezig in het zuidelijk halfrond in tegenstelling tot de suikerbiet in het noordelijk) gebruikt men alles en de toepassingen zijn veelvuldig: suiker, rum, meststof, bio ethanol, biomassa, en elektriciteit (= samengeperst suikerriet is zelfs goed voor 10% van de elektriciteitsproductie van het eiland). Het super-interessante bezoek aan deze oude suikerfabriek in Beau Plan met een circuit langs het volledige productieproces wordt afgerond met een “Rhum sensation” of rumproeverij (hoe ouder de rum hoe beter en hoe duurder).

Het prachtigste koloniaal landgoed van het eiland is Labourdonnais (bezoek mogelijk, bekend restaurant). Dan naar Grand Baie, het belangrijkste en oudste toeristisch centrum / badplaats van het eiland. Toerisme begon hier in 1952. Oorspronkelijk was Mauritius een vrij goedkope bestemming. Maar dat veranderde met de tijd in een exclusieve, dure bestemming met nadruk op kwaliteitstoerisme (en nog steeds in trek voor honeymoons). Mauritius heeft de hoogste dichtheid aan 5*-hotels op het zuidelijk halfrond. Royal Palm Hotel is het bekendste oudste luxe-hotel (zij geven zichzelf 6*!). Recentelijke werd het luxe 5* hotel Grand Baie van de hotelgroep LUX geopend. In het centrum aan de Sunset Boulevard zijn er dure boetieks (waaronder het Belgische River Woods) maar vele winkels moesten sluiten door de pandemie.

Het koloniale landgoed Labourdonnais

 

Shopping op Sunset Boulevard in Grand Baie.

Tenslotte bezochten wij het noordelijkste punt Cap Malheureux (genaamd naar de vele vastgelopen schepen, vandaar de talrijke onderzeese scheepswrakken), een fotogenieke spot of landmark met het rode dak van het kerkje Notre-Dame Auxiliatrice.

Cap Malheureux

De oost/zuidoost-kust

De zondagsmarkt in Centre de Flacq

Palmar en Belle Mare aan de oostkust behoren tot de mooiste witte koraalstranden van het eiland met zicht op de koraalbarrières in de verte. Hier liggen tal van dure luxe-hotels met eigen stranden (alhoewel die doorgang moeten geven aan iedereen). Landinwaarts ligt het stadje Centre de Flacq, bekend om de wekelijkse zondagmarkt, de grootste en het beste van het eiland. Hier komen echter weinig toeristen en kan men koopjes doen.

Een aanbevolen excursie is het onbewoonde Île aux Cerfs (maar intussen zijn er al lang geen herten meer). Verkies een (goedkopere) lokale bootexcursie, zoals vanuit Trou d’Eau Douce. De overtocht duurt met een motorboot amper 10 minuten. Het eilandje heeft prachtige stranden, een bar/restaurant en enkele (weinig interessante) souvenirwinkeltjes. Vermijd echter het weekend … want dan komen naast de toeristen ook de Mauritianen in grote getallen naar hier met hun picknick.

Île aux Cerfs met het meest gefotografeerde strand van Mauritius

Langs de oostelijke kustweg passeert men in Vieux Grand Port met overblijfsels van de Nederlandse periode: o.m. de Hollandse toren, enkele ruïnes en een museum.

Vervolges komt men bij een bekende toeristische attractie La Vanille Nature Park nabij Rivière des Anguilles. Pauzeren kan men best in het stadje Mahébourg. Zij heeft een rechtlijning stratenpatroon, met centraal een kleine overdekte markt, en flaneer langs de zeedijk en op de fotogenieke pier. Vlakbij ligt in Plaisanse de internationale luchthaven Sir Seewoosagur Ramgoolam (het recentste moderne luchthavengebouw dateert van 2016) naar de naam van de eerste premier van de onafhankelijke staat Mauritius.

Het Parc marin Blue Bay is bekend om het marien park met (zachte en harde) koralen en gekleurde vissen. Het Île des Deux Cocos heeft privéstranden en in de baai ligt het luxe ketenhotel Shangri-la (heeft nog andere hotels op het eiland). Bij de locals nam ik een 30 minuten durende glass bottom excursie. Ik had er veel meer van verwacht …. gekleurd koraal is er amper te zien, gelukkig wel enkele vissoorten. Naar het schijnt heeft de sterke groei van het toerisme in de baai ( hotel en de tweede verblijven) alsook de ramp met de Japanse olietanker Wakashio – die einde juli 2020 vastliep op het koraalrif en later in twee brak –  de natuur sterk aangetast. Elders was de schade nog groter, want zo’n duizend ton aan olie was gelekt met desastreuze gevolgen voor het onderwaterleven en de stranden. Het was de grootste olietankerramp ooit voor het eiland.

De pier van Mahébourg

In het koraalrif van Parc marin Blue Bay

Tenslotte namen we een kijkje aan de (voor zwemmen onveilige) Plage du Gris-Gris in Souillac, maar de Rochester Falls in de omgeving hebben wij niet bezocht op uitdrukkelijk verzoek van de privé chauffeur, die zei dat het te gevaarlijk is door vele opdringerige jongeren die drugs gebruiken en de toeristen lastig vallen. Trouwens drugsgebruik blijkt een groot probleem te zijn op Mauritius.

MEER INFO

www.mymauritius.travel/nl

De “Guide Vert Maurice / Rodrigues” is voortreffelijk, alsook de Michelinkaart nr.740 (op schaal 1:80.000).

“This Mauritius. A Salt local guide”, de eigen alternatieve reisgids van Hotel Salt de Palmar (97 blz).

Voor excursies met plaatselijke chauffeurs: www.summer-times.com à contactpersoon Kursley Poisson = kpoisson@summer-times.com

Hotel Salt of Palmar à contactpersoon Virginie Desplancke, Sales & Marketing, = virginie.desplancke@saltofpalmar.com

Verslag en foto’s: Patrick De Groote