Ontdekkingsreis in het veelzijdige Colombia
66462
post-template-default,single,single-post,postid-66462,single-format-standard,bridge-core-3.1.2,qode-page-transition-enabled,ajax_fade,page_not_loaded,,qode-child-theme-ver-1.0.0,qode-theme-ver-30.1,qode-theme-bridge,qode_header_in_grid,wpb-js-composer js-comp-ver-7.1,vc_responsive
 

Ontdekkingsreis in het veelzijdige Colombia

Ontdekkingsreis in het veelzijdige Colombia

Deel 2

In dit tweede deel nemen wij u mee op ontdekkingsreis in het veelzijdige Colombia. Wij starten uiteraard met de indrukwekkende hoofdstad Bogotá en reizen vervolgens in tegenwijzerzin naar het binnenland, vervolgens naar de Caribische Kust (met het onvolprezen Cartagena) , dan naar het interessante en boeiende Medellín, de koffiezone en vandaar terug naar de hoofdstad.

De hoofdstad Bogotá

De beroemde waspalmen in de koffiezone met de Valle de Cocora

De hoofdstad ligt zeer hoog (2640 m) en noteert gemiddeld 1.000 mm neerslag jaarlijks. Er is een sterke vervuiling en men kan er last hebben van de hoogteziekte. Het beste uitzicht op de agglomeratie heeft men vanaf de Cerro de Montserrate (op 3152 m), bereikbaar met de funicular en de kabelbaan. De hoofdstad heeft sedert december 2000 een uitgebreid netwerk (12 lijnen, 138 stations, 114,4 km) van openbaar vervoer, nl. de Transmilenio, waarbij de (veelal gratis) bussen op aparte fast lanes rijden en aldus een (gedeeltelijke) oplossing bieden aan de verkeerschaos. Er is wel nog geen metro (wel in ontwikkeling en de eerste metrolijn zou in 2028 gereed zijn) zoals in Medellín, waardoor de tweede grootste stad van het land vooralsnog een beter openbaar vervoer heeft.

Er zijn in de enorm uitgestrekte agglomeratie tal van betere rijke wijken (zoals Usaquén en Chapinero), maar aan de rand ziet men de zgn. comunas of sloppenwijken. Om een overzicht te krijgen van de grootte van Bogotá neem je best een kijkje op de 48ste verdieping van de Torre Colpatria (°1978), vooralsnog het hoogste gebouw (180 m) van Colombia. Adembenemend! Bogotá is de 5de grootste stad van Latijns-Amerika (na Mexico City, São Paulo, Buenos Aires en Lima).

Het aantrekkelijke historische en koloniale hart La Candelaria telt de meeste bezienswaardigheden. Na een bezoek aan de Nationale Bibliotheek, wandelden wij langs de Opera naar het meest populaire plein de Plaza Bolivar is het centrale plein, omringd door o.m. het Capitool (°1876-1926, de wetgevende macht zetelt hier), de kathedraal (1638-1911) en het Paleis van Justitie (dat einde 1985 bezet werd door de verzetsbeweging M-19 en officieel 55 doden telde). In het midden van het plein staat het bronzen standbeeld van de nationale onafhankelijkheidsheld Simon Bolívar.

Eén van gouden pronkstukken (= gouden vlot van de Muiscas uit het Goudmuseum van Bogotá)… hier als garnituur bij de mignardises

Het Musea del Oro is wereldberoemd en gesponsord door de Banco de la Republica die in 1939 met de uitbouw van de collectie (van voorwerpen, juwelen, helmen, maskers wapens …) startte. Het huidige museum dateert van 1968. Er zijn 4 grote afdelingen, waarbij de laatste het meest indruk maakte: hier vind je de offerzaal met 3.266 fonkelende gouden voorwerpen en het beroemde gouden vlot van de Muisca-stam (10,2 x 10,1 cm).  Goud is een belangrijke delfstof in Colombia, daarnaast is het land de belangrijkste producent van de diepgroene smaragd.

Een must is het Museo Botero (gratis toegang) van de kunstenaar Fernando Botero (1932-2023), wereldbekend als schilder en beeldhouwer om zijn volumineuze figuren (vooral naakte vrouwen, vogels, kinderen, oorlog…), ook gekend als het Boteromorfisme. In dit museum vind je ook de uitgebreide privé-collectie van Botero, waaronder een schilderij van Delvaux. De Vredesduif in Medellín kun je het bekende Museo de Antioquia bezoeken, alsook talrijke beelden op de Plaza Botero en het in 1995 opgeblazen beeld van de vogel (Págaro) in het Parque San Antonio, met ernaast een nieuw beeld.

De Catedral del Sal in Zipasquirá

Interessant zijn ook het Museo Colonial (°1942) en het Museo de la Independencia (°2010) in de Casa del Florero over de Colombiaanse onafhankelijkheid op 20 juli 1810. De gebroken vaas van Llorente is er dé blikvanger.

Toeristisch meest bekend is de oude koloniale wijk La Candelaria. Bogotá is sinds 1976 de eerste stad ter wereld waar op zon-en feestdagen straten werden afgesloten (en aldus ciclovias worden genoemd) voor wandelaars, fietsers en sporters.

Onderweg naar het noorden moet je absoluut een bezoek brengen aan de Zoutmijnen van Zipaquirá met de immense (8.500 m² grote) ondergrondse uitgehouwen kathedraal die in 1995 werd geopend. Er wordt al sinds het jaar 1500 zout gewonnen door de stam Muiscas. Er zijn 4 niveaus waarbij het diepste gelegen is op 180 m. Men daalt af in de oude zoutmijn en passeert er eerst langs een moderne kruisweg Via Crucis met de 14 staties. Het hoogtepunt is uiteraard de kathedraal met 3 naven. Bekijk de interessante 3D-film over de historiek van de regio van de Muiscas, de zoutmijn en de oprichting van de ondergrondse kathedraal. Het historische centrum van de koloniale stad Zipaquirá is het bezoeken waard.

De koloniale dorpen en steden

Plaza Mayor in Villa de Leyva

Er zijn er talrijke in het hart van Colombia en ze zijn goed herkenbaar aan hun kwadratisch  stratenpatroon met in het midden het centrale plein, meestal de Plaza Mayor of Plaza Simon Bolívar genoemd. Het stadje Villa de Leyva (gesticht door de Spanjaarden in 1572, op 2144 m hoogte) werd in 1954 als nationaal monument erkend. Blikvanger is de immense Plaza Mayor, het grootste plein (14.000 m²) van het land. Dit is voor ons de mooiste koloniale plaats van onze rondreis. De regio is bekend voor de paleontologie en vooral voor de zeefossielen, zoals in het stadje Sachica. Hier leefden de Muiscas van de 2de eeuw n.Chr. tot de Spaanse kolonisatie in de 16de eeuw. Tijdens een natuurwandeling ontdekten wij hun rotsschilderingen, waarbij zon en maan een belangrijke betekenis hebben. In de buurt is het stadje Ráquira bekend voor de pottenbakkers (en kitscherige souvenirs).

De waterval San Juan Curi

Het typische en authentieke stadje Curiti is gelegen in het land van de stam Guane. Hier is het toerisme pas in opkomst. De vezelplant fique (familie van de agave) is hier alom vertegenwoordigd en de afgeleide (zeer sterke) producten (zoals schoenen en handtassen) zijn een duurzaam souvenir. Het productieproces (kammen, kleuren, spinnen en weven) is vergelijkbaar met onze vlasbewerking. In de buurt bezoeken wij de regionale stad San Gil (tevens bekend voor avontuurlijke sporten zoals rafting) en de mooie 180m hoge waterval Juan Curi in het Parque Ecologico.

Barichara (7.000 inw.) werd in 1705 door de Spanjaarden gesticht. Het prachtige en charmante stadje staat bekend als het mooiste van het land en werd in 1978 nationaal erfgoed en floreert dankzij het toerisme. Het landschap vanaf de mirador – met de steeds aanwezige Andes in de verte – is ronduit schitterend, zeker bij zondsondergang. In Barichara vertrekt de 6,2 km lange geplaveide Camino Real, een fikse wandeltocht (min. 1u40) naar het pittoreske dorpje Guane.  Men zou en hier volop vogels kunnen spotten: Colombia heeft zo’n 20% van alle vogelsoorten ter wereld. Maar wij hebben met moeite slechts een paar kolibri’s gezien … niet hier maar elders in het land!

Het kleurrijke Plaza de los Coches in Cartagena

In het N ligt het prachtige en kleurrijke Cartagena de Indias (gesticht in 1533 en genoemd naar het Spaanse Cartagena), één van de best bewaarde koloniale steden van Zuid-Amerika en Unesco Werelderfgoed. In het oude ommuurde stadsdeel met bastions (leuke wandeling!) zijn er drie wijken (barrios): Centro, San Diego en Getsemaní (uitgaansbuurt  en bekend om de streetart). Geniet van de talrijke kerken en de mooie historische pleinen, zoals de Plaza de Bolívar en de Plaza de los Coches met de Puerta del Reloj.  Cartagena is het belangrijkste en duurste toeristisch centrum van het land en de grootste stad (meer dan 1 miljoen inwoners) aan de Caribische Zee. Steeds meer cruiseschepen leggen aan in deze fantastische plaats. Wij bezochten o.m. de universiteit, de kathedraal, de vestingsmuren met bastions en het Palacio de la Inquisicíon met het historisch museum van de stad (°1924). De inquisitie werd ingesteld in 1610 en vond plaats tot in 1821. Cartagena heeft ook tal van gastronomische restaurants (zoals El Burlador) en de mooiste winkels (boetieks) die wij in Colombia hebben gezien. Men kan er ook originele en duurzame souvenirs kopen. Geniet van een koffiepauze op het terras/tuin van het duurste en beste hotel van Cartagena, nl. het Hotel Santa Clara (van de Franse groep Sofitel) in het voormalige klooster uit 1621.

Aanbevolen is een boottocht naar de Islas del Rosario met een 30-tal eilandjes (meestal in privé bezit). Hier bevinden zich koraalriffen en het is een Nationaal Park. Wij overnachtten één nacht op het eilandje Isobela aan de tropische Caribische stranden. In Cartagena kan men de toeristische bus met hop on hop off nemen, waarbij ook het nieuwe en rijke stadsdeel Bocagrande (dat omwille van de hoogbouw het Miami of Dubai van Colombia wordt genoemd) wordt bezocht.

De Sierra Nevada de Santa Maria in de buurt van Minca

Vervolgens reisden wij naar Santa Marta, gelegen aan een natuurlijke baai met de levendige vernieuwde zeepromenade en bezochten er het prachtige (en gratis te bezoeken) Museo del Oro Tayrona, het kleinere broertje van het beroemde Goudmuseum in de hoofdstad. Vervolgens reden wij omhoog naar Minca aan de voet van de Sierra Nevada de Santa Marta met de hoogste bergtoppen van het land (= ’s werelds hoogste kustgebergte!). Minca (op 660m) groeide recent als populaire ecotoeristische bestemming. Hier logeerden wij in de (duurdere maar vrij unieke en in 2013 opgerichte) Ecolodge Sol de Minca: een aparte ervaring in de jungle, maar apen, vogels en jaguars hebben wij niet gezien! Bij het diner proefden wij de speciale pizza yuca. Er logeren vooral internationale jongere toeristen/trekkers. Voor vele trekkers is de 4 à 5-daagse wandeltocht naar de verdwenen stad Ciudad Perdida (op 1300m) een must, alsook het NP van Tayrona. Wij beperkten ons tot enkele spectaculaire panorama’s en prachtige watervallen (zoals die van Marinka) met zwemmogelijkheid. De luchthaven van Santa Marta is nog maar 5 jaar oud en is ongetwijfeld de mooiste van het land, gelegen vlakbij de Caribische Zee.

Medellín

Het beroemde kabelbanen-systeem van Medellín

De 2de grootste stad van Colombia ligt op 1540m hoogte en werd gesticht in 1616 aan de gelijknamige rivier. Pas begin 20ste eeuw begon de stad sterk te groeien ingevolge de industriële ontwikkeling (textiel). Een must zijn Fernando Botero’s schilderijen en hedendaagse Colombiaanse schilderkunst in het Museo de Antioquia en de 23 bronzen  beelden (zoals de beroemde hand of mano uit 1992) op de Plaza Botero. Het Palacio National (nu shopping center) is een schitterend art nouveau gebouw uit 1925 van de Belgische architect Augustín Goovaerts. Zeer interessant (maar voor mij té interactief met de computer) is de (gratis te bezoeken) Casa de la Memoria (°2011), dat handelt over het beruchte en gewelddadige drugsverleden (met aangrijpende verhalen van slachtoffers) van Medellín. Er zouden in de periode van het drugsconflict (ca. 1985-2019) zo’n 10 miljoen (of 20% van de toenmalige bevolking) op een of andere manier het slachtoffer zijn geweest. Pas in 2002 keerde de rust terug en onderging de stad een ware metamorfose. In 2022 werd Medellín door Forbes & Time Out verkozen tot de 3de beste stad ter wereld (nr.1 was Edinburgh en 2.Chicago).

Een toeristische trekpleister: de monoliet Piedra de Peñol in Guatapé

Wij bezochten met de lokale topgids Sebastian het intussen zeer toeristische Comuna 13 (in het district San Javier), de voormalige sloppenwijk die door de beroemde roltrappen en de kabelbaan met het centrum werd verbonden, en indertijd het gevaarlijkste deel van de stad. Geniet hier van de streetart, zoals ook in de Comuna 4 (in het disctrict Moravia), die veel minder toeristisch is.  Ook de talrijke kabelbanen (TransMiCable, sinds 2018, 3,4km lengte) die de wijken op de hellingen verbinden met het centrum zijn een toeristische must… met prachtige zichten op het enorm uitgestrekte Medellín, zoals deze in de richting van Parc Arví. De botanische tuin (°1913) nabij de universiteit is een verademing. Voor winkels, horeca en uitgaansleven moet je in de chique en hippe wijk El Poblado zijn, en vooral op de Milla de Oro (de Gouden Mijl) en het Parque Lieras.

Excursies naar het massatoeristische Guatapé aan het kunstmatig meer Embalse Peñol-Guatapé met een stuwmeer (door de aanleg verdween Vieja Peñol in het water) met stuwdam en hydro-elektrische centrale (deze levert 30% van de elektriciteit van het land . In Colombia wordt 70% van de elektriciteit geproduceerd op basis van waterkracht). Blikvanger is de 200m hoge granieten monoliet Piedra de Peñol, te beklimmen via de trap uit 1954 (met 659 treden) en op de top heeft men ongetwijfeld een prachtig zicht (maar wegens hoogtevrees heb ik dit overgeslaan). Men kan ook genieten van een mooi boottochtje op het meer: je komt dan langs de vervallen en verwoeste finca van Pablo Escobar. Het stadje zelf is bekend voor zijn vrolijke kleurrijke zócalos of reliëf-taferelen (van ca. 1 m hoogte) die de plinten van de gevels van de huizen onderaan sieren.

De 19de eeuwse pueblo Jardín met het populaire centrale plein is minder toeristisch en rustiger: volgens de (eigen) inwoners is dit het mooiste dorp van Colombia. De weelderige plantengroei is een lust voor het oog, en er zijn verschillende koffie- en bananenplantages, alsook een zalmforellenkwekerij. Geniet van het panorama vanaf de mirador Cristo Rey.

De koffiedriehoek of de Zona Cafetera

Leerrijk bezoek aan de koffiefinca El Ocaso nabij Salento

Deze regio ligt ten zuiden van Medellín en is Unesco Werelderfgoed sinds 2011. Colombia is na Brazilië en Vietnam het belangrijkste koffieland van de wereld. De koffie (vooral arabica) is wereldberoemd en de beste soorten worden uitgevoerd, vooral naar de USA en Europa. Pas recent is er een sterke opkomst van koffiehuizen in het land, zoals die van koffieboer Juan Valdez. Kwaliteitslabel is Cafe de Colombia. De koffieregio is een absolute must om te bezoeken en de koffieplantages (alleen arabica) liggen op een hoogte tussen 800 en 2200 m.

Populair zijn de thermale baden in de buurt van Pereira. Er zijn 5 actieve vulkanen in het NP Los Nevados, waarbij de Nevado del Ruiz (5321 m) in het nieuws kwam met de vulkaanuitbarsting op 13 november 1985 (de laatste in 2016) met dramatische gevolgen: het dorp Amero werd overspoeld door modderstromen van de afsmeltende gletsjer en daarbij kwamen zo’n 20.000 inwoners om het leven.

Salento (4.000 inw.) is de (overtoeristische) uitvalsbasis voor een bezoek aan de koffieregio. Op het centrale plein Bolivár staat alweer een bronzen standbeeld (uit 1991) van de onafhankelijkheidsheld en de gerestaureerde basiliek is bekend voor de glasramen. De populairste excursie is naar de groene Vallei van Cocora met de beroemde waspalmen (tot 60 m hoog en daarmee de hoogste ter wereld, het is de nationale boom van Colombia) in het nevelwoud. Maak hier een onvergetelijke wandeling (keuze tussen de 5 km blauwe route of de 17 km lange rode) met prachtige panorama’s. Wij logeerden in de leuke en comfortabele finca Eco hotel la Cabaña met een lekkere lokale keuken, en wij bezochten een koffiefinca in de buurt. We leerden er alles van A tot Z over het arbeidsintensieve productieproces van koffie. Er zijn 2 oogsten per jaar, en veelal beschermen de grotere bananenstruiken de koffieplanten.

Het nabijgelegen Filandia is wel authentieker en minstens even aantrekkelijk als Salento.

Slot

De slogan dat Colombia het meest gastvrije land ter wereld is zou wel eens kunnen kloppen. Wij hebben één van de mooiste reizen meegemaakt in ons leven, en werden overal vriendelijk ontvangen en hebben ons nergens (echt) onveilig gevoeld (maar blijf wel op uw hoede en neem geen waardevolle voorwerpen mee! ’s Avonds best een taxi nemen). De natuur is overweldigend, maar ook de cultuur is ongelooflijk rijk. Het is zeker dat dit land een mooie toeristische toekomst tegemoet gaat.

 

©  Tekst en foto’s: Patrick De Groote