100 jaar Lucky Luke
65299
post-template-default,single,single-post,postid-65299,single-format-standard,bridge-core-3.1.2,qode-page-transition-enabled,ajax_fade,page_not_loaded,,qode-child-theme-ver-1.0.0,qode-theme-ver-30.1,qode-theme-bridge,qode_header_in_grid,wpb-js-composer js-comp-ver-7.1,vc_responsive
 

100 jaar Lucky Luke

100 jaar Lucky Luke

100 jaar, 100 werken : tentoonstellingen in Brussel en Kortrijk eren de 100e verjaardag van Morris en Lucky Luke

Galerij © huberty & breynen

Zowel in Brussel als in Kortrijk wordt de 100e verjaardag van striptekenaar Morris gevierd. En dat naar aanleiding van zijn geboortedag 1 december 1923. Maurice – pseudoniem Morris – De Bevere, het brein achter de iconische stripreeks, werd geboren in een middenstandsgezin en woonde op Overleie in Kortrijk. Na zijn studies bij de Jezuïeten in Aalst en de universiteit in Leuven ging hij aan de slag bij een tekenfilmstudio in het Brusselse. Het zou ook zijn woonplaats worden waar hij op 16 juli 2001 overleed. Met de twee expo’s komt ‘The poor lonesome cowboy’ thuis.

Maurice De Bevere, alias Morris volgt een schriftelijke cursus animatie van Jean Image en gaat op zijn twintigste als inkter werken in de Brusselse studio CBA, waar hij kennismaakt met Paape, Franquin en Peyo. Tegelijkertijd begint hij cartoons en karikaturen te leveren aan LE MOUSTIQUE van Uitgeverij Dupuis en introduceert daar Franquin wanneer de tekenfilmstudio zijn deuren sluit. Om de beide jongeren op te leiden, opent Charles Dupuis een atelier voor hen in Brussel en brengt hen in contact met Jijé. Samen met Will trekken ze bij de laatste in en vormen in Waterloo zo “de bende van vier”. Deze vruchtbare leerperiode leidt hen naar het beeldverhaal en het blad Robbedoes, waarvoor Morris, een westernfan, in 1946 Lucky Luke creëert. Qua stijl maakt hij zich geleidelijk los van de invloed van de tekenfilm. Hij legt het universum van zijn held vast in een achttal grote klassieke episoden, die hij in zijn eentje bedenkt en tekent, en vergezelt Jijé en Franquin op hun Mexicaanse en Amerikaanse omzwervingen. Hij besluit nog wat jaartjes langer in New York te blijven om zich te documenteren en ter plaatse nog wat kleine dingen te doen, zoals kinderboekjes en wat bijdragen aan afleveringen van comics. Daar maakt hij kennis met een jonge Fransman, René Goscinny, die hij als zijn eerste scenarist kiest na een eerste episode in 1955 (“De spoorweg door de prairie”). De tijden zijn veranderd en de geduchte Franse censuur staat het doden van personages niet meer toe, ook al zijn ze zo slecht als de gebroeders Dalton of de meedogenloze Phil IJzerdraad. Goscinny zal het parodistische aspect van de reeks verder uitwerken door het traditionele geweld van de echte western op behendige wijze te vermijden. Hij wekt de Daltons tot leven in de vorm van hun neven en geeft een hond gestalte die de antithese vormt van Rintintin, de fameuze Rataplan, “de domste hond van het Westen”. Van oorsprong Vlaming, systematisch ingesteld en een harde werker, zal Morris zich uitsluitend wijden aan de ontwikkeling van zijn succesvolle serie. In 1967, na 31 albums bij Dupuis, waarvan 21 op scenario van Goscinny, voegt hij zich bij zijn makker die nu voor Dargaud werkt en vervaardigt er 29 albums op rij, tot 1988, waarvan er 16 zijn geschreven door Goscinny. Na het overlijden van deze laatste in 1977 boort de tekenaar meer scenariobronnen aan om de omgeving van zijn eenzame cowboy voortdurend te vernieuwen: Vicq, Bob de Groot, Xavier Fauche en Jean Léturgie, Lo Hartog van Banda, Guy Vidal, Yann, Éric Adam werken een of meer episoden met hem samen. In 1991 wordt Lucky Luke de voornaamste ster van de Éditions Lucky Productions, die een gemeenschappelijke structuur vormen met Dargaud in 1999, Lucky Comics. Rataplan krijgt vanaf 1987 zijn eigen reeks van gags en avonturen, doorgaans getekend in samenwerking met verschillende assistenten (Michel Janvier, Frédéric Garcia, Vittorio Leonardo). Als een van de series met de hoogste oplagen is Lucky Luke een heuse industrie geworden. Het succes van Morris is exemplarisch, zowel vanwege zijn talent als vanwege zijn vasthoudendheid. Hij heeft in de eerste rijpingsjaren soms wel korte tijd ander werk geaccepteerd illustraties voor het dagblad Het Laatste Nieuws of voor romans van Paul Berna die als feuilleton werden gepubliceerd door Robbedoes, gevoelige omslagen voor Les Bonnes Soirées en een korte eigentijdse thriller geschreven door René Goscinny voor het weekblad Le Hérisson in 1956 (“Du raisiné sur les bafouilles”) toch blijft Morris één van de zeldzame auteurs die zich meer dan een halve eeuw lang focuste op één enkel personage. Al moet gezegd dat hij door de jaren heen wel heel wat interessante nevenfiguren creëerde, denk maar aan de Daltons, om iets te noemen. Zijn dood in juli 2001 betekent echter niet het einde van een groots tijdperk. Zo wordt Lucky Luke, als zoveel grote sterren van de strip, verder gezet door tekentalent Achdé oftewel Hervé Darmenton en behoort de reeks, samen met Kuifje en Asterix tot de succesvolste Europese stripverhalen, goed voor 300 miljoen exemplaren, vertaald in 23 talen, waaronder enkele Afrikaanse en zelfs Aziatische talen.

Originele platen

Leeshoek © huberty & breynen

Huberty & Breyne is een kunstgalerij aan het Kasteleinsplein in Elsene.  Een referentie in de zgn. ‘9e kunst’, zoals de strip ook wel wordt genoemd. Toeval of niet, maar de term ‘9e kunst’ werd uitgevonden door Morris! Alain Huberty en Marc Breyne beschikken over een exporuimte van 1000 vierkante meter. Daar slaan ze de brug tussen het beeldverhaal en de actuele kunst.  Naast tentoonstellingen vinden er ook veilingen plaats en worden albums gelanceerd. Van 1 december 2023 tot en met 27 januari 2024, onthult de galerie een retrospectieve tentoonstelling – niet commercieel bedoeld – met 100 platen en tekeningen gesigneerd door de kunstenaar. De selectie omvat 15 originele covers die tot nu toe in de familiekring zijn gebleven. Deze erfgoedtentoonstelling op museaal niveau onthult hoe Morris’ tekenkunst is geëvolueerd  en zet de puurheid van zijn werk in de kijker. Om je nog meer onder te dompelen in de wereld van de maker, zijn er boeken beschikbaar die je gratis kunt lezen in een speciaal ingerichte leesruimte. Tijdens de tentoonstelling zijn er signeersessies, lezingen, workshops en rondleidingen. Ter gelegenheid hiervan publiceert de galerie een tentoonstellingscatalogus en een boek met niet eerder gepubliceerde Lucky Luke schetsen. Gratis toegankelijk van woensdag tot en met zondag tussen 11u en 18 u.

Van Gheluwe en Bruynooghe

Schepen: Axel Ronse bij  Geert van Gheluwe en Wim Bruynooghe © Kortrijk / van Gheluwe

In Kortrijk kan je dan weer naar een tentoonstelling in de Gothische Zaal van het Stadhuis op de Markt. Daar tonen Geert van Gheluwe en Wim Bruynooghe ook unieke stukken, affiches, gadgets en memorabilia. Ze komen immers uit hun privécollecties. De weekends van 2, 3, en 9,10 en 16,17 december kun je er terecht tussen 11 u en 17 u. Er zijn mooie decors om een foto bij te nemen. Maar er is meer. Je kunt het eerste weekend van december meedoen aan een workshop striptekenen en het weekend van 9 en 10 december Lucky Luke leren leggen in een grote Lego mozaïek. Hiervoor moet je wel intekenen bij jan.lefebvre@telenet.be. Op 16 december is er een signeeractie door Vittorio Leonardo, een naaste medewerker van Morris en bekend van de spin-off reeks ‘Rataplan’. Hij zet een mooie tekening in je album tussen 14u en 17u. Wie met een groep een gegidste rondleiding wenst doorheen de tentoonstelling kan contact opnemen met de gidsenwerking van Kortrijk via info@gidsenplus.be

Tekst: Jempi Welkenhuyzen – foto’s / illustraties: Caracas – Stad Kortrijk.
Perscontact: info@caracas.com en communicatie@kortrijk.be

Foto header: view of the show © huberty& breynen