08 nov Bij ons in het dorp
50 Plekken waar je gelukkig wordt.
Sophie Allegaert, Gert Corremans en Lynn Guillaume, drie doorgewinterde reisjournalisten, hebben voor uitgeverij Lannoo 50 Vlaamse dorpen bezocht en zich voelbaar ingeleefd in de ziel van elk dorp en zijn bewoners. Het voorliggende boekwerk oogt met zijn rustgevende bladspiegel, heldere, verzorgde typografie en talrijke illustrerende foto’s bijzonder mooi en wekt, althans bij ondergetekende, meteen een gezonde appetijt op om ter plekke de ‘boer op te gaan’. In de inleiding lees ik dat het bij de verschijningsdatum van dit boek (augustus 2019) alweer elf jaar geleden is dat het dorpje Oud-Rekem (in dit boek prominent aanwezig) door Toerisme Vlaanderen uitgeroepen werd tot mooiste dorp van Vlaanderen. Reden temeer om alle dorpen die ooit meedongen voor die eretitel nu eens allemaal, telkens 10 per provincie, met een nadere kennismaking te honoreren.
De titel ‘Bij ons in het dorp’ en de nadrukkelijke koppeling aan een of ander gelukshormoon dat zich alleen maar in het DNA van een dorp positioneert, kan op het eerste gezicht wat retro of kneuterig overkomen, maar bij het doorlezen van de onderhoudende en lekker weglezende stukjes blijkt al vlug dat dit niet zo is. Het dorp waar jezelf opgroeide lijkt hoogstwaarschijnlijk helemaal niet meer op het dorp waar je geregeld nog eens terugkeert of met nostalgische blik op terugkijkt. ‘Dat het dorp helemaal niet achterop hinkt bij de stad’, zoals de auteurs in hun voorwoord stipuleren, bewijzen ze in het boek ten overvloede. Zo laten ze ‘dorpelingen’ zelf aan het woord die bij voorbeeld als ambachtelijke brouwer, cupcakes-en taartenbakster, kunstenaar, imker, cafébaas, beeldhouwster, handtassenontwerpster…vol passie vertellen over hun beroep waarvoor ze in hun woonplaats de ideale voorwaarden vinden om zich creatief te ontplooien en ‘gelukkig te worden’. Exemplarisch daarvoor is de jonge Sophie Senden (23) uit Oud-Rekem, het gelauwerde mooiste dorp van 2009, die bij dierenvrienden en in veganistische kringen als blogster en in de sociale media als YouTube, Facebook en Instagram een rijzende ster is. Dat belet niet dat het mooiste dorp mooi is en blijft als het tenminste zijn ziel niet verkwanselt aan opdringerig massatoerisme en commercieel geldgewin.
De vlotte leesbaarheid van het boek wordt niet alleen bewerkstelligd door de rustige bladspiegel en de ‘sprekende’ verhaaltjes van markante dorpelingen (lof ook voor de knappe portretfoto’s), maar ook door de leuke opbouw bij de presentatie van elk dorp. Na een beknopt inleidend woordje volgt een identiteitskaart met facts & figures en vaak krijg je er van de respectieve ‘vertellers’ nog een paar leuke tips bovenop die je bezoek een bijzonder cachet geven. Ruime aandacht besteden de auteurs ook aan de inwendige mens door vermelding van restaurants (meestal met persoonlijk advies) en ook aan logies (meestal B&B’s of landelijke hotels) is gedacht. Voor afwisseling zorgen de leuk gepresenteerde kaderstukjes over streekgeschiedenis, dorpsfiguren, specifieke ambachten of typische producten uit het dorp. Dingen die je echt moet doen, worden net zoals de andere tips via pictogrammen weergegeven. Bijkomende troef is dat er voor de helft van de figurerende dorpen een heldere wandelkaart met afstand, aard traject en legende afgedrukt wordt.
Ondertussen moge het wel duidelijk zijn dat de drie schrijvende ‘dorpologen’ met dit boek een prachtige aanzet hebben gegeven voor een grondige verkenning van deze 50 geselecteerde dorpen. Een a-politieke plaats in een mogelijke ‘canon’ van Vlaanderens mooiste landelijke plekjes verdienen ze beslist.
Uitgeverij Lannoo nv., Tielt, 2019, paperback, 424 blz., 34,99 euro
Recensent: Guy Meus