Hans Memling in Brugge
65501
post-template-default,single,single-post,postid-65501,single-format-standard,bridge-core-3.1.2,qode-page-transition-enabled,ajax_fade,page_not_loaded,,qode-child-theme-ver-1.0.0,qode-theme-ver-30.1,qode-theme-bridge,qode_header_in_grid,wpb-js-composer js-comp-ver-7.1,vc_responsive
 

Hans Memling in Brugge

Hans Memling in Brugge

Wie Hans Memling zegt, zegt Brugge en vice versa. Nochtans werd hij niet geboren in Brugge, maar in het Duitse Selingenstadt. Via een tussenstop in het atelier van Rogier van der Weyden in Brussel vestigt hij zich volgens de poortersboeken in 1465 in Brugge.

Zijn bekend oeuvre omvat een negentigtal werken, waarbij na het Metropolitan Museum of Art in New York, Brugge de grootste collectie bezit met zeven werken in het Sint-Janshospitaal en twee in het Groeningemuseum.

De directe aanleiding voor de uitgave van ‘Hans Memling in Brugge’ door Hannibal Books is de heropening van het Sint-Janshospitaal (16 december 2023), waarbij het oorspronkelijk historisch karakter en de grandeur van het hospitaal worden weergegeven en de schilderijen van Hans Memling een prominente plaats kregen.

De auteur Anna Koopstra, conservator vroeg-Nederlandse schilderkunst van de Brugse musea, wijdt niet alleen aandacht aan zijn schilderijen maar ook aan de omgeving waarin ze tot stand kwamen.

Het Sint-Janshospitaal werd midden de twaalfde eeuw gesticht voor de opvang en verzorging van behoeftige en zieke Bruggelingen en reizigers. Een museale functie kreeg het hospitaal in 1839 waarbij de kapittelzaal ingericht werd als schilderijenkabinet. Precies honderd jaar later werd een grote overzichtstentoonstelling van Memlings werk georganiseerd in het Stedelijk Museum van Brugge

In de welvarende Boergondische Nederlanden speelde het graafschap Vlaanderen met de steden Brugge, Gent en Ieper een belangrijke rol. De Boergondische hertogen, notabelen en abdijen waren omwille van prestige redenen grote opdrachtgevers en kunstverzamelaars. Enkele namen: de van Eycks, Rogier van der Weyden, Hugo van der Goes, Dieric Bouts, … Brugge als handels- en bankiers centrum was toen een kosmopolitische stad, waar niet minder dan dertig nationaliteiten verbleven.  Memling schilderde meestal op bestelling, vooral bij Italianen was hij zeer populair.

Hans Memling kreeg vier opdrachten van de broeders en zusters van het Sint-Janshospitaal, waarvan het drieluik van ‘Johannes de Doper en Johannes de Evangelist’, de patroonheiligen van het hospitaal, zeer imposant is met zijn breedte van 3,5 meter. In het beeldprogramma wijst de auteur o.a. naar de ‘Memlingtapijten’ met regelmatig voorkomende geometrische en natuurmotieven.

De ‘Annunciatie’ kende vooral tijdens de tweede wereldoorlog een zwervend bestaan. Eigenaars waren achtereenvolgens een Engelse verzamelaar, een Brugse bankier en Herman Göring. Uiteindelijk werd het aan de Belgische Staat toegewezen die het in bruikleen afstond aan het Groeningemuseum.

Een van Memlings beroemdste werken is het ‘Reliekschrijn van de heilige Ursula’. In zes scènes vertelt hij het leven van Ursula: van haar pelgrimsreis naar Rome tot haar marteldood. In de laatste scène zou Memling zichzelf en zijn vrouw Tanne afgebeeld hebben. Op het dak van het schrijn heeft Memling zes medaillons geschilderd, hij zou hierbij een passerachtig instrument gebruikt hebben.

Het drieluik met ‘de heiligen Christophorus, Maurus en Gillis’ was een opdracht van Willem Moreel (specerijenhandelaar, schepen, grootgrondbezitter en bankvennoot), hij liet zich hierop afbeelden samen met zijn echtgenote, vijf zonen en elf dochters. Het was bedoeld om na zijn dood in een grafkapel opgesteld te worden.

In opdracht van broeder Jan Floreins schilderde Memling het drieluik met ‘de Aanbidding der Wijzen’. In elk van de drie scènes staat het Kind Jezus centraal dat steeds hoger opgetild wordt: bij de geboorte op de grond, bij de aanbidding der wijzen op de schoot van Maria en bij de opdracht in de tempel op haar arm: hier is een parallel te herkennen met het omhooghouden van het lichaam van Christus onder de vorm van een hostie tijdens de eucharistieviering.

Het drieluik met ‘de bewening van Christus’ is ook geschilderd in opdracht van een broeder: Adriaan Reins. In vergelijking met Floreins opdracht is dit vlugger en met minder details afgewerkt: zou het minder kapitaalkrachtig zijn van Reins hiermee te maken hebben?

Niet alleen de broeders van het Sint-Janshospitaal waren opdrachtgevers, ook voogden van het hospitaal bestelden. Het Diptiek van ‘Maarten van Nieuwenhove’ verbindt het hemelse (Maria met Kind) met het aardse (Maarten van Nieuwenhove).

‘Het portret van een jonge vrouw of Sibylla Sambethais’ is het enige opzichzelfstaand portret van een vrouw door Memling geschilderd.

Het Schildersportret van Francisco (?) de Rojas is een recente aanwinst (2020) van Musea Brugge en is een schenking van een Amerikaanse verzamelaar. Het zou onderdeel geweest zijn van een groter geheel (triptiek?)

Interessant is de vergelijking door de auteur van de schildertechnieken van Van Eyck en Van der Weyden met deze van Memling. Memling bracht slechts twee lagen verf aan tegenover vijf of zes: dit is duidelijk te merken in zijn portretten. Een vernieuwing die hij ook introduceerde was het portretteren van zijn model in openlucht.

Anna Koopstra beschrijft in een zeer toegankelijke taal het meesterschap van de schilder Hans Memling en schenkt daarbij ook aandacht aan de economische, politieke en culturele omgeving waarin de schilder leefde.

‘Hans Memling in Brugge’ is een uitgave van Hannibal Books, 2023, ISBN 9789464666885, 208 p., € 35,00

Recensent: Didier Van Houts