Weerribben-Wieden: een natuurgids
65169
post-template-default,single,single-post,postid-65169,single-format-standard,bridge-core-3.1.2,qode-page-transition-enabled,ajax_fade,page_not_loaded,,qode-child-theme-ver-1.0.0,qode-theme-ver-30.1,qode-theme-bridge,qode_header_in_grid,wpb-js-composer js-comp-ver-7.1,vc_responsive
 

Weerribben-Wieden: een natuurgids

Weerribben-Wieden: een natuurgids

Weerriben-Wieden maakt deel uit van een laagveenmoerasgebied tussen Zwolle en Heerenveen. De namen ‘weerribben’ en ‘wieden’ verwijzen naar de turfwinning: ribben zijn smalle stroken land waarop de uitgebaggerde turf werd gedroogd en ‘wieden’ zijn de lange banen water die zo ontstonden.

De auteurs Dirk Hilbers (bioloog en stichter van de Crossbill Guides) en Albert Corporaal (landschapsecoloog) beperken zich niet tot ‘Weerribben-Wieden’ maar bespreken ook aangrenzende natuurgebieden zoals de IJsseldelta, Zwarte Water, de Noordoostpolder, …

Het eerste hoofdstuk is gewijd aan het landschap en beschrijft de verschillende ecosystemen, de geologische en historische ontstaansgeschiedenis, de natuurbescherming en de processen die haar bedreigen. In dit verband is de evolutie rond Giethoorn interessant: na WO II werd het toerisme (anderhalf miljoen toeristen per jaar) een belangrijke economische factor. De druk op het ecosysteem werd zo groot dat men dreigde ‘van een bospad naar een Kalverstraat’ te evolueren. Het dubbel gezicht van het toerisme doet de auteurs de vraag stellen of het laagveenmoeras nog zou bestaan indien het toerisme niet zo’n belangrijke economische rol speelde.

Laagveenmoerassen hebben een typische fauna en flora. Bij de zoogdieren vinden de otter, boomotters, bevers hier een fijne habitat. Een rijke vogel- en amfibieënwereld is eigen aan moerasgebieden. Wat vlinders betreft: de grote vuurvlinder komt nergens anders in de wereld voor dan hier. Ook de libellenfauna (49 soorten) tiert heel welig. De afwijkende groeiomstandigheden van een veenmoeras levert een unieke vegetatie op: van drijvende waterplanten tot de oevers met verschillende rietsoorten.

Het middendeel van de gids beschrijft uitvoerig 25 routes: 10 fiets-, 12 wandel- en 3 kanoroutes, elk met kaart- en fotomateriaal.

Bij de praktische informatie vinden we het positief dat de auteurs zich in verband met verantwoord toerisme beperken met overnachtingtips tot het natuurlijkvriendelijk aanbod met een Green Key label.

Tevens geeft de gids toelichting welke periode en welke route het meest geschikt is voor natuurobservatie, waar fiets-, kano- of fluisterbootverhuur mogelijk is, waar aangepast waterdicht schoeisel aanbevolen is, waar wandelen met een rolstoel of rollator mogelijk is, waar de vogelkijkhutten en eendenkooien zich bevinden (met gps-gegevens), waar je aan begeleide excursies kan deelnemen (weidevogelsafari, aalscholverkolonie, een verdronken dorp door de watersnoodramp in 1775/76, …).

Het is moeilijk om enig punt van kritiek te hebben op deze gids: helder en vlot geschreven tekst met kaderstukjes, overvloedig mooie foto’s en kaarten, uitgebreide praktische info,…  een 5* gids.

Een uitgave van Crossbill Guides in samenwerking met KNNV Uitgeverij, 2023, 312 p.,

ISBN 978-94-91648-25-0, € 27,95

Recensent: Didier Van Houts